Onder deze kop zijn er dingen te lezen die ik ooit op de fiets heb meegemaakt  of meegemaakt zou willen hebben. soms wat gedramatiseerd, de echte namen van betrokkenen eruit gelaten of in een ander tijdsbeeld geplaatst.

Maar ook gedichten en foto’s, eigenlijk alles wat onder de noemer art te plaatsen is..

De bracket een belangrijk deel van het frame dat heel belangrijk is voor de sterkte, maar ook sterk kan en mag oogstrelend mooi zijn.

Graag wil ik jullie nog meenemen in een stukje van de beklimming die ik gedaan heb in 2012

Waar blijft die stijle S bocht toch, in mijn beleving zou ik daar allang moeten zijn, het is moeizaam in het bos en ik word gek van de vliegen. Er zijn wel wat meer fietsers onderweg maar een echt richtpunt heb ik er niet aan. Als ik terug denk aan twee jaar geleden zou die stijle S bocht er allang geweest moeten zijn en daarna zo langzaam aan de dunner wordende begroeiing en dan chalet reynard. Maar waar blijft die verrekte S bocht nu moeizaam gaat het pedaalslag voor pedaalslag.  Eindelijk eindelijk , de S bocht voor me ik kies de buitenbocht om even een beetje een vlak stuk te hebben. In mijn herinneringen van twee jaar geleden zit nog dat het laatste stuk naar Chalet Reynard  wat af vlakt. Het lijkt zelfs of ik hierdoor wat harder ga maar heb intussen wel  flink last van binnenzijde boven benen en  zitvlak. Klote Ventoux en dit wordt de laatste keer, zijn gedachten die in mijn hoofd kruipen.
Bij chalet even afstappen kan maar moeilijk van de fiets af gelukkig staat Gerdy klaar om te helpen een gelletje, banaan, wat drinken en drinken bij vullen en snel verder, want van stilstaan gaan mijn benen alleeen maar meer pijn doen, zonder te kijken hoe het met de anderen gaat klouter zo goed als het gaat weer op mijn fiets en wil snel verder, hoe eerder ik boven ben hoe liever klaar is klaar.
Youp blijkt snel achter mij aan te komen, zijn verzet is nog steeds net wat zwaarder dus zijn snelheid net wat hoger waardoor hij mij weer voorbij komt. Tempo gaat wat beter soms wind even wat mee, soms ook zeer veel zijwind. Als in de buurt van het monument  van Tom Simson, ik door een bocht fiets vang ik zoveel zijwind dat ik bijna van de fiets waai. Ik fiets Youp voorbij hij moet nog plas pauze inlassen,  daarna hij weer voorbij maar nu blijft hij kort voor me fietsen max paar honderd meter opeens zie ik hem weer stoppen het blijkt dat we al bij Tom zijn, even zitten en dan de laatste kilometer Fred moedigt ons aan en in de laatste bocht voor de parkeer plaats staat eerst Gerdy mij aan te moedigen en daarna  Teun en Luts die staan  klaar om te gaan dalen in de bocht na het monument waai ik al bijna van mijn fiets  maar als ik Teun voorbij fiets en het laatste stijle stukje in ga is het helemaal bar en boos . Zeer slecht boven moe eerst wat uithijgen bij mijn fiets tegen de muur van het weerstation.
Als Gerdy het laatste stukje ook weer is terug gelopen even lekker in haar  armen  maar vervolgens snel het winkeltje in aankleden zo goed en slecht als het gaat. Omdat het boven zo hard waait en je geen ene moer kunt zien is er geen tijd om de klim in te laten dalen in mijn gevoel dus ook emoties  zijn er nauwlijks, alleen maar zo snel mogelijk weer naar beneden.
En dan weer naar beneden. Dalen eigenlijk altijd het toetje, maar onder deze omstandigheden houd ik het in het begin toch veilig. Of dat ermee te maken heeft gehad dat ik en stukje na Chalet Reynard een klapband krijg, ik weet het niet maar met een snelheid van boven de 50 km is dat toch wel even een dingetje. Auto is in de buurt dus ander wiel erin en weer verder dalen, in het bos gaat behoorlijk hard maar het klapbandje blijft toch een beetje nog tussen mijn oren zitten.
Beneden lekker koffie in Bedoin  en dan de verhalen.

Always Love the bike_





Kunst maar dan anders


Cycology, een nieuw wielershirt en met grote letters staat het er voor op cycology.
Waar zou dat nou voor staan. Het is engels zoveel is natuurlijk voor iedereen duidelijk. Woorden die op logy eindigen moeten we dan de link naar pshycology, psychologie in het nederlands leggen. En er zijn wel meer woorden die op logie eindigen in de wetenschap. Maar wat zou dan weer de link kunnen zijn tussen Cyco en logy of te wel wetenschap.
Moeten we dan denken aan Merijn Zeeman en de zijnen die er een wetenschap van maken om wielrenners optimaal voor te bereiden te prepareren zo je wilt in zowel geest als lichaam zodat ze nog harder kunnen fietsen of moeten dit meer bestempelen als preparology. 

Of moeten we bij Cycology eerder denken aan mannen als Huub van de Lubbe, zie zijn prachtige gedicht over de beklimming van de Mont Ventoux eerder in deze Ventoux bereiding of Jan Willem Roeleven. Hij schrijft in zijn boek de nieuwe fiets. Het mooiste is als op een gegeven moment tijdens de klim het denken stopt. Stukken fietsen in het onderbewuste. Wel trappen, wel sturen, maar er niet zijn.
Is dat waar het om gaat de ziel van het fietsen het tegen de wind in vechten het de berg op ploeteren van alle fietsofielen die dit allemaal week in week uit doen en als je ze vraagt waarom…….

Oh wacht ik zie hier het labeltje liggen dat ik uit het shirt geknipt heb. Cycologygear het is niet meer als een merk ik loop gewoon reclame te fietsen voor een merk. Wacht wacht er staat nog meer op het labeltje,  inspired by bike culture & lifestyle ja wat we daar dan weer precies van moeten denken……

Hoe het ook zij ik vind dat ik een mooi shirt heb reclame of niet. De achterkant laat zien hoe een wielrenner fietst met zijn benen in zijn geest.


‘Meyrueis, Lozère, 26 juni 1977. Warm, bewolkt weer. Ik pak mijn spullen uit mijn auto en zet mijn fiets in elkaar. Vanaf terrasjes kijken toeristen en inwoners toe. Niet-wielrenners. De leegheid van die levens schokt me.

Tim Krabé bekend schrijver en wielrenner, wie zou nou niet daar op 26 juni 1977 in Meyrueis in zijn schoenen hebben willen staan om te kunnen starten in de ronde van de Mont Aigoual zoals die door Tim in het boek De Renner wordt geschreven. 

De opening van Tim Krabe’s boek de renner. Het is een prachtig verhaal over hoe renners denken en doen.

Soms, heel soms ben ik wel eens geschokt over de niet-wielrenners, maar dat is een heel ander verhaal.
Over hoe we met elkaar om omgaan op onze mooie en drukke fietsroutes. Vooral veel electrische niet wielrenner fietsers vaak niet meer zo jong altijd minimaal met tweeën maar vaak in kleine pelotonnetjes. Ze leven een beetje en soms een veel beetje in hun eigen electrische niet wielrenners fiets wereldje. Gebruiken net zoveel ruimte op de weg als met hun automobielen stoppen net waar het uitkomt als overlegd moet worden hoe de route verder gaat. Zo doen dit overig volgens mij niet eens bewust, dus echt kwalijk nemen kun je het deze niet wielrennners niet eens. Als je belt horen ze je niet of ze schrikken zo erg dat ze bijna de sloot in fietsen of ineens op de verkeerde kant, net waar ik ze dan voorbij wil rijden, uitkomen. Maar deze niet wielrenners zijn zich van geen kwaad bewust, dus echt kwalijk nemen kun je het deze niet wielrenners niet.
Ik wil echt wel meedenken maar (Ik blijf zelfs in het weekend van de weg) soms dan wordt ik een beetje opstinant, balsturig, dan kan ik het even niet verdragen en fiets deze electrische niet wielrenners de  vouwen uit hun broek en ben alweer 30 meter verder voor dat ze überhaupt in de gaten hebben dat ik er was en van schrik beginnen te slingeren en elkaar bijna omver rijden en beginnen te roepen over die ….. wielrenners.

 

Niet wielrenners, de leegheid van die levens schokt me.

Een racende training

Zijn fiets is klaar en dus ook klaar voor zijn vuurdoop. Hij herinnerd zich deze woensdagavond  nog heel goed, want op het moment van afleveren staan zijn mede clubleden van de fietsclub klaar voor vertrek en hij gaat mee op zijn nieuwe Bimerolo.  Nou waren die traingingsritten niet zomaar ritjes. De toer tochten op zondag waren ritten onder de vlag van de club, maar trainings tochten was iets anders ze waren door de club wel aangemeld als trainingsavond bij de NFTU maar dat was het dan ook wel. Niet zomaar tochten dus, ze stonden bekend dat als je hard wilde rijden dan moest je daar zijn. Zo ging het dus ook deze avond meteen flink van qiet. Voor ze het dorp uit zijn staat de teller al boven de dertig. Hij had altijd al moeite om bij te houden, maar nu nog wat onwennig op zijn nieuwe racemonster al helemaal, met moeite kon hij overal het laatste wiel houden. Verkeersregels zijn er natuurlijk niet voor niets maar een groep wielrenners heeft ook iets indrukwekkends op de rest van het verkeer en daar werd om de snelheid erin te houden met graagte gebruik van gemaakt. Als de groep dus ook maar een klein beetje ruimte zag werd er volle bak doorgereden. Ergens tussen Wijchen en Nijmegen moest er bij een verkeerslicht door een aantal van de groep toch geremd worden. In de haast was op een of andere manier  zijn remkabel niet goed gemonteerd. Toen hij dus vol in de remmen kneep schoot de kabel van de achterrem los en had hij alleen zijn voor rem  over. Het kwam net niet tot vallen maar voor dat hij het goed en wel in de gaten had stond hij alleen, eentje een schaatsmaat kwam terug gefietst . Samen hebben ze de remkabel vast gezet en de achtervolging begon. Hij was zo ontzettend boos dat de rest niet was gestopt en sowieso realiseerde hij zich door het voorval hoe gevaarlijk er eigenlijk gereden werd. De adrenaline gierde door zijn lijf toen ze weer aansloten waren ze net Malden door voor de kruising waar je rechts af naar Heumen ging. Hij besloot de groep te laten stikken en alleen naar huis te rijden en ging rechts terwijl de groep verder reed richting Mook.

Even later moest hij net voor Heumen stoppen voor de ophaalbrug. Wat denk je terwijl hij staat te wachten ziet hij de groep weer achter zich aankomen. Ze sluiten zo’n beetje aan op het moment dat de brug dicht is en hij weer aan kan fietsen. Hij maakt zich nog een keer verschrikkelijk boos met de gedachte dat ze nu wel achter hem aankomen en besluit dat er niemand hem voorbij gaat rijden.  De zware molen  gaat erop en hij knalt er volle bak tegenaan. De eerstvolgende serieuze kruising ligt ongeveer 10 kilometer verder in Nederasselt.  Tal van zijstraatjes en kleinere kruisingen knalt hij vol door en was daarmee dus even slecht zoniet nog slechter dan de rest maar dat drong niet tot hem door. Deze tien kilometer ziet hij zo verschrikkelijk af,  af en toe ziet hij  wel een voorwiel in zijn ooghoeken maar daar blijft het bij. Of ze hem niet voorbij konden, niet durfde  of niet wilde rijden hij weet het niet. Bij de kruising net Nederasselt door ging de groep links richting Grave en hij rechtdoor naar Ballegooij. Het tempo kon nu een stuk naar beneden en als hij thuiskomt is hij weer wat gekalmeerd. Binnen de club is er nog wel gesproken over die woensdag avond maar zoals in het begin verteld de trainingstochten waren geen echt club ding. Maar bij de club was dit wel zijn laatste tocht.

De moraal van dit verhaal, was zijn remkabel niet los geschoten dan was hij misschien nu nog wel lid van de fietsclub. Maar ook, hard fietsen heeft zijn grenzen. Of, als je hem maar goed boos maakt dan kan ook hij vreselijk hard fietsen.

Nu vele jaren later maakt hij zijn rondjes met een paar fiets vrienden en soms, soms dan denkt hij dat hij nog steeds hard kan fietsen.

De Vuurdoop, en een race training.
Een nieuwe race fiets, nog nooit had hij een nieuwe fiets gehad laat staan een nieuwe racefiets. Was hij gek dat hij een nieuwe had gekocht, hij vond van niet en ook niet dat hij hem had gekocht bij Jacques de plaatselijke fietswinkel waar hij altijd kwam. Er stond wel nooit zoveel in de winkel maar in het verleden waren bekende renners er geweest die hun fietsen daar hadden laten prepareren en daarom had hij vertrouwen in Jacques. Jacques had een eigen merk de Bimerolo  en zo’n fiets had hij zich gekocht. Toen het seizoen was afgelopen was hij op een vrijdag na zijn werk en tegen sluitingstijd naar Jacques gegaan en had gezegd, Jacques ik wil een nieuwe racefiets kopen. Samen met hadden ze tot ver na sluitingstijd op het kantoor achter in de winkel gezeten en was het plan gemaakt . Een eigen merk Bimerolo frame afgemonteerd op zijn Italiaans met campagnolo. Hij had dan wel geen onbeperkt budget  maar campagnolo chorus dat moest het zijn. Gekozen werd voor een metallic blauw frame. En zonder dat er over gesproken werd zag hij het frame al voor zich helder Italiaans blauw en dan ook nog metallic, schitteren van glans in de zon.

De rest van de avond was het net of dat hij een stukje boven de grond liep zo blij was hij met zijn nieuwe aankoop ook al had hij er nog niet eens een foto van. Alleen een plaatje zat er in zijn gedachten zo hij zag zijn nieuwe Bimerolo al helemaal voor zich.
Het lange wachten kon beginnen want het was nog lang voor dat het eind februari zou zijn en hij zijn nieuwe fiets in ontvangst zou mogen nemen. En het wachten zou langer worden dan hij zich had voorgesteld.
Het was intussen half februari maar bij Jacques waren nog geen signalen te bekennen dat er over een paar weken een prachtige azuur blauwe Bimerolo afgeleverd zou gaan worden. Jacques  toch maar eens gevraagd maar die bezweerde dat het goed ging komen, en een weekje meer of minder vond hij eigenlijk ook niet erg.
Maar toen hij begin maart zijn frame zag sprongen de tranen bijna in zijn ogen. Van het prachtige helder metallic blauwe frame was niets terecht gekomen, wat er klaar hing was een mat heel donker blauw frame zonder ook maar een beetje glans. Boos had hij tegen Jacques geroepen die hoef je niet af te monteren want zo wil ik hem niet. Een paar dagen en wat boze telefoon gesprekken later ging hij uiteindelijk weer naar Jaques om samen naar een oplossing te zoeken.
Een oplossing kwam er.  Jacques  zou een nieuw frame laten komen blauw liet hij helemaal varen het frame moest oranje worden met een verchroomde liggende en staande achtervork. En om de levertijd te overbruggen mocht hij tot die tijd een mooie Gazelle racer gebruiken. Woensdagavond tien over zes hij mag eindelijk zijn nieuwe racefiets in ontvangst nemen. Ondanks dat het een hele zware bevalling was geweest is hij toch ape trots om zijn nieuwe Bimerolo. En de vuurdoop gaat meteen van start want woensdag avond is een trainingsavond van hem en zijn fietsvrienden die allen lid waren van de zelfde club.

 

 

 

 

DE MEET

Ik heb al meermaals overwogen
Het gaat er niet om hoe snel ik reed
En evenmin hoe ik zal rijden
Maar ik zal mezelf zijn aan de meet

En waar de meet is
Hier of ginder
Het maakt niet uit
Het maakt geen verschil
Het gaat om bewaken en bewaren
Dat is alles wat ik wil

Soms lijkt de rit
Niet meer te dragen
Het is de tijd die aan me vreet
Maar ik heb geen zijn in bezemwagen
Op eigen kracht tot aan de meet

 



Ik heb liever het klimmen dan het dalen
Want dalen geeft je overmoed

En bovendien het is slechts dalen
Meestal met bekwame spoed

Ik heb zowat elke rit verloren
En toch denk ik, ik ben gereed (gereed)
Want als je sterft, word je herboren
Ik zal zo blij zijn aan de meet
Als je sterft, word je herboren
Ik zal zo blij zijn aan de meet

RAYMOND VAN HET GROENEWOUD

Mont Ventoux 

Velen zijn mij reeds de berg op voorgegaan
Dichters en wielrenners in bonte stromen
Hebben voor mij de Mont Ventoux gedaan
En ook na mij zullen er nog velen komen 

Om te ervaren wat het is: per fiets, te voet
Naar het haast onhaalbare te streven
Niets of niemand zegt dat het echt moet
En toch, of juist daarom, wil je het beleven 

Het dagelijkse werk van een fenomeen
Als Armstrong, Kal, Petrarca of Anquetil
Stervelingen zoals ik en iedereen
Gaan drie keer dood omhoog op hun twee wielen 

Maar bovenop vervallen de verschillen
Talent is ook een vorm va
n heel graag willen 

Huub vd Lubbe

 

Rondje Brug

 

Iedere week rijd ik met mijn fietsmaten hetzelfde trainingsrondje. Rondje brug noemen we het. Tijdens  deze trainings tochten ben ik niet echt competitief, maar ik vind het ook weer niet leuk als er iemand van me wint, Als ik in ieder geval maar het gevoel in de benen heb dat ik zou kunnen winnen. En ik denk dat mijn maten er ongeveer het zelfde overdenken.

Maar om bij het begin te beginnen zal ik eerst vertellen wat een rondje brug precies is. We vertrekken in het dorp waar we wonen Berghem en rijden dan naar Haren, ongeveer 5 km, hier gaan we de dijk op en blijven die volgen tot in Ravenstein. We gaan de dijk af en nemen het fietspad, langs de brug over de A50 naar Niftrik. We gaan door het dorp weer de dijk en vervolgens de brug op via het fietspad aan de andere zijde. Dit rondje over de brug doen we meestal drie en soms vier keer. Vervolgens rijden we via Herpen weer na Berghem.

We rijden het rondje voor ons plezier maar vaak wordt er wel zonder dat er van te voren met een woord over wordt gesproken uitgekeken naar de brug en naar het laatste stuk vanaf Herpen richting Berghem.

Het begint met wat kletsen en warm rijden tot Haren. Op de dijk wordt vervolgens een strak tempo gereden en kan al zo’n beetje de inschatting worden gemaakt hoe de benen zijn. Wie probeert zoveel mogelijk de zucht te kiezen en wie wil beulen aan de kop.

Mijn twee fietsmaten ik noem ze maar even  een en twee. Het zijn beide mannen met harde hoofden. Een is een sporter met een hoofd dat veel harder is dan zijn lijf sterk, zonder hiermee te willen zeggen dat zijn lijf niet sterk is, en die altijd bereid is om te werken. Als hij de zucht kiest moet je goed opletten, hij is of echt dood of er gaat nog echt iets gebeuren.

Twee is een oermens probeert vaak met een lach en een leugentje de zucht te kiezen. Maar hoe hard er ook gereden wordt het is een hels karwei om hem te lossen. En hij is altijd in om het spul op de wagen te krijgen en vervolgens weer proberen in het wiel terug te kruipen. Ik fiets al heel lang met hem en hij kan me dan ook bijna nooit verrassen, maar heeft soms dollemans streken.

Vorige week vertrokken we dus ook weer voor ons rondje en we waren nog maar net richting haren toen Een al zei mooie rustige avond niet te warm weinig wind gaan we voor boven de 30? . Zowel Twee als ik gaven aan dat we dit niet zo’n goed plan vonden, maar de toon was gezet. Twee sputterde nog wat extra tegen, hij had zijn vrouw moeten beloven niet te zweten want dan moest er weer een extra wasje  gedraaid worden. Op de dijk ging het tempo al snel omhoog en Twee zocht meteen de zucht op en kwam helemaal niet op kop terwijl Een en Ik gezamenlijk aan de kop reden. Ondanks wat pogingen van mij kon ik Twee niet echt de kop opdringen. Bij de brug zette Een er in de klim meteen een flink tempo in Twee zat achter me. Ik besloot gewoon in mijn eigen tempo naar boven te rijden Een zou daar uiteindelijk wel even inhouden , Twee kon zich halverwege toch niet beheersen en zette de achtervolging in om het ontstane gat van een metertje of 30 of 40 dicht te rijden. Goed zo dacht ik en reed gewoon verder. Tweede rondje ging zo’n beetje hetzelfde. In de derde ronde bedacht ik me om dat het niet moest over te komen als of ik zat te sparen dus ben ik mee gereden naar boven in het tempo van Een. Op de weg terug naar Herpen kreeg Twee de kop wat opgedrongen maar had tal van redenen om toch maar vooral niet op kop te hoeven rijden, maar ondertussen had ik wel in de gaten dat zijn benen en hij heeft niet zomaar benen nog zeker niet leeg waren. Een reed goed door en die gaat aan een rondje brug niet kapot en zeker niet aan het rondje van vandaag. En Ik. Ik had besloten gewoon mee naar huis te rijden geen gekke zaken gewoon meerijden. We reden lekker door ook de klinkertjes in Herpen gingen in een strak tempo daarna het viaduct over. Bij de rotonde moest twee wat ruimte laten sturen is niet zijn ding en Een en Ik vinden het op het fietspad langs de rotonde altijd wel een uitdaging om er met behoorlijke snelheid doorheen te sturen.  Zo’n beetje toen we bij de “koluk”  waren dit is nog ongeveer 2 kilometer van Berghem kwam er een scooter voorbij. Tot mijn grote verbazing knalde twee die achter mij reed er volle bak in een groot verzet achteraan, en Een volgende hem. Ik moest nog even bedenken wat ik zou doen maar een paar seconden later trok ik ook aan en begon tijdens het accelereren op te schakelen. Toen ik ze zo’n beetje te pakken had gaf Twee het op. Er ontstond wat discussie over de actie van Twee  en voor welk bordje hij nou zonodig moest afsprinten terwijl Een het tempo alweer opvoerde. Ik gaf Twee geen ruimte om er rechts voorbij te komen en gaf de indruk hem de berm in te rijden. Einde verhaal zo dacht ik. De spoorlijn waar we Berghem binnen komen is vaak de streep waar op “afgesprint” wordt , ongeveer 100 meter ervoor is een kruising.

Ik rijd dus strak achter Een de kruising over in de veronderstelling er word niet gesprint. Totaal verrast ben ik dan ook als Twee over de hoofd rijbaan toch nog een keer aangaat. Ik reageer en ga volle bak langs Een af om op de streep toch nog een wiel of anderhalf te kort te komen.  Zo bedoel ik dus, ik kan het eigenlijk alleen van mezelf winnen, maar vindt het niet altijd leuk als iemand anders van me wint.